
Met een diploma wiskunde kun je veel kanten uit. Na een doctoraat wilde Eva Vandersmissen de praktijk in. Vandaag laat ze bij de NAVO artificiële intelligentie los op datasets.
Hoe heb jij je studiekeuze gemaakt?
“Eigenlijk wilde ik eerst ingenieur-architect studeren. Terwijl ik me voorbereidde op het ingangsexamen vond ik wiskunde zo leuk dat ik tijdens het examen zelf heb besloten om gewoon wiskunde te gaan doen. Dat het de VUB zou worden was vanzelfsprekend. Mijn ouders hebben hier ook gestudeerd. De vrijzinnige en kritische houding die aan de VUB wordt aangemoedigd, vond en vind ik zeer belangrijk. En daarin ben ik niet alleen. Als ik andere VUB’ers ontmoet, merk ik -ongeacht of ze nu psychologie of wiskunde hebben gestudeerd- dat ze die waarden delen.”
Met je doctoraat erbij spendeerde je acht jaar aan de VUB. Welke herinneringen blijven je bij?
“Ik ben hier in 2000, op mijn zeventiende, toegekomen en weet nog goed dat het tijdens mijn eerste kandidatuur voelde alsof er op alle vlakken een nieuwe wereld voor me openging: van de diversiteit van Brussel, over de interessante lessen, tot de vrienden die ik maakte voor het leven. Het waren nog andere tijden. Er mocht zelfs nog worden gerookt op de gang, verschrikkelijk. Mijn eerste taak voor programmeren ben ik op een diskette gaan inleveren. Kun je je dat voorstellen?! En e-mail was bijvoorbeeld wel al uitgevonden, maar werd nog niet gebruikt om afspraken te maken.”
Verliep het sociale leven daardoor anders dan nu?
“Ja, vandaag is het heel gemakkelijk om louter en alleen vanachter je computer in contact te komen met leeftijdsgenoten. Ik vind dat een gevaarlijke evolutie. Live leren netwerken is in mijn ervaring toch wel heel belangrijk, bijvoorbeeld om goed te kunnen samenwerken. Ik vrees dat studenten van nu die skills minder kunnen ontwikkelen. Aan het einde van het semester krijgen ze tegenwoordig hun examenresultaten online te zien. Ze moeten die maar op hun eentje verwerken. Bij ons hingen de resultaten, de eerste jaren althans, in de gangen op. Wij ontmoetten onze medestudenten daar en waren er dus ook voor elkaar als iemand een tegenvallend resultaat had, of net om een mooi resultaat te vieren.”
Hoe heb jij vrienden gemaakt aan de VUB?
“Ik ben gedoopt bij de wetenschappelijke kring. Zo’n doop is echt een goede manier om nieuwe mensen te ontmoeten. Je ziet elkaar meteen in een niet-alledaagse situatie. Dat schept een band. Al heb ik nadien niet zoveel met de studentenkring gedaan, dankzij die doop heb ik wel veel leuke mensen leren kennen. Samen trokken we regelmatig naar een TD. Ook met de andere wiskundestudenten had ik een goede band. De groep was klein, daardoor kende iedereen elkaar. We hebben ook enorm veel tijd samen doorgebracht, want we hadden een druk lessenrooster.”
Welke prof blijft je bij?
“Van professor Eva Colebunders herinner ik me haar eerste les in de wiskundeanalyse nog heel goed. Die was heel beklijvend, filosofisch bijna. Na twee uur ben ik daar verdwaasd buitengestapt. Hoe zij wiskunde doceerde was helemaal anders dan in het middelbaar. Later heb ik bij haar gedoctoreerd, maar ze had mijn aandacht vanaf de eerste minuut.”
Hoe is je professionele leven gelopen?
“Eerst heb ik gedoctoreerd in de categorische topologie. Mijn doctoraat ging om fundamenteel onderzoek. Ik heb daar geen spijt van, het was een mooi project maar ik wilde niet in een ivoren toren belanden. Na vier jaar ben ik daarom op zoek gegaan naar een job met meer praktische toepassingen. Zo heb ik vijftien jaar software ontwikkeld om met behulp van AI medische beelden te analyseren. Als je een product in de markt kunt zetten dat radiologen gebruiken voor een betere beeldkwaliteit met een veel lagere stralingsdosis, voel je dat je impact hebt. Sinds een jaar werk ik als senior data scientist voor de NCIA (Nato Communication and Information Agency), de technische poot van de NAVO. Hier werk ik aan projecten om bijvoorbeeld AI los te laten op satellietbeelden. Mijn impact kan ik nog niet zo goed inschatten. Ik werk er nog niet lang genoeg. Maar wat mijn manier van werken typeert, is dat ik alles in vraag durf te stellen. Bij elke toepassing stel ik de vraag of AI hierbij echt nodig is. Als het niet moet, gebruik ik het liever niet, want er zijn wel wat risico’s verbonden aan het gebruik van AI.”
Wat is jouw advies voor de studenten van vandaag?
“Enerzijds vind ik de menselijke connectie die ik zelf tijdens mijn studententijd heb ervaren heel belangrijk. Vandaar: ga op café en praat met elkaar. Daarnaast vind ik in de wereld van vandaag, die op geopolitiek vlak allesbehalve stabiel is, een kritische ingesteldheid onmisbaar. Durf daarom dingen in vraag te stellen! In wetenschappelijke publicaties gaat het vaak over de nieuwste technologie. Die moet je leren gebruiken, en zelfs mee ontwikkelen, maar niet zonder na te denken of ze wel nodig is en hoe we ze socialer of menselijker kunnen maken.”
Welke dromen heb jij nog voor je carrière?
“Zolang ik dingen bijleer, wil ik een job blijven doen. Momenteel is dat het geval. Er is nog veel dat ik beter wil begrijpen en doorgronden. Maar ik heb nóg dromen. Zo ligt er een diploma van de lerarenopleiding in de schuif, misschien ga ik ooit wel het onderwijs in. Of kies ik toch weer het bedrijfsleven, wie zal het zeggen. Ik weet nu al dat ik niet al mijn dromen zal kunnen verwezenlijken, maar blijven dromen zal ik sowieso blijven doen.”
Bio Eva Vandersmissen
In 2004 haalde Eva Vandersmissen haar masterdiploma wiskunde aan VUB. Nadien volgde ze er nog de lerarenopleiding en doctoreerde ze in de categorische topologie. Vandaag werkt ze voor een agentschap van de NAVO als senior data scientist.